Bitefile: 6 tips voor digitale inclusie van laaggeletterden

vrijdag 21 januari 2022

BITESCIENCE ZET HET NIEUWSTE EN BELANGRIJKSTE ONDERZOEK VOOR JE OP EEN RIJ

De digitale revolutie heeft onze manier van leven enorm veranderd. Veel mensen profiteren van die veranderingen, maar dat geldt niet voor iedereen. Mensen die laaggeletterd zijn komen minder goed mee in de digitale samenleving doordat zij vaak beperkte digitale vaardigheden hebben. Daarnaast zijn veel digitale producten en diensten (bijvoorbeeld websites of apps) niet goed afgestemd op de eigenschappen van laaggeletterde gebruikers. Hoe kunnen bibliotheken, mediacoaches en andere hulpverleners laaggeletterde mensen het beste ondersteunen bij de ontwikkeling van digitale vaardigheden en deelname aan de digitale samenleving? Bitescience dook in het wetenschappelijke onderzoek en zet de belangrijkste antwoorden voor je op een rij.

In opdracht van Netwerk Mediawijsheid analyseert Bitescience het meest recente en relevante wetenschappelijke onderzoek naar mediawijsheid-thema’s. Het thema waar in deze Bitefile aandacht aan wordt besteed is digitale inclusie voor laaggeletterden. Bekijk ook de andere thema’s.

Laaggeletterdheid

Laaggeletterde mensen hebben moeite met lezen, schrijven en het begrijpen van tekst. Vaak hebben zij ook beperkte digitale vaardigheden. Daardoor zijn ze niet goed in staat informatie op het internet te zoeken en te begrijpen of deel te nemen aan online sociale interactie. Veel laaggeletterde mensen vinden het daarom lastig en frustrerend om een computer, smartphone of tablet te gebruiken. Volgens Stichting Lezen en Schrijven wonen in Nederland zo’n 2,5 miljoen mensen van zestien jaar en ouder die (digitaal) laaggeletterd zijn. Dat is ongeveer 18% van de bevolking.  

Wat kun jij doen om laaggeletterden te ondersteunen? Bitescience dook in het onderzoek en zet 6 tips op een rij.

6 tips om laaggeletterde mensen te ondersteunen

Dit kunnen bibliotheken, mediacoaches en andere hulpverleners doen om laaggeletterde mensen op een effectieve manier te ondersteunen bij de ontwikkeling van digitale vaardigheden en deelname aan de digitale samenleving: 

  1. Doorbreek het taboe op (digitale) laaggeletterdheid. Laaggeletterde mensen durven vaak niet toe te geven dat ze online iets niet kunnen of begrijpen, omdat ze zich schamen en bang zijn voor de reactie van anderen. Door het taboe op (digitale) laaggeletterdheid te doorbreken kunnen gevoelens van schaamte verminderd worden waardoor mensen eerder om hulp durven vragen. 
  2. Maak hulp breed toegankelijk. Naast schaamte, kan ook de toegankelijkheid van hulp een drempel zijn. Sommige laaggeletterde mensen weten niet waar ze om hulp moeten vragen of kunnen geen hulp krijgen op het moment dat dat nodig is. Om hen te ondersteunen zijn hulplijnen die goed vindbaar en bereikbaar zijn belangrijk. Denk aan een telefonische helpdesk met ruime openingstijden of een fysieke locatie in de wijk waar je binnen kunt lopen zonder afspraak.   
  3. Maak cursussen laagdrempelig. Onderzoekers benadrukken dat cursussen die gericht zijn op het versterken van de digitale vaardigheden van laaggeletterde mensen zo laagdrempelig mogelijk moeten zijn. Dat kan bijvoorbeeld door cursussen lokaal aan te bieden, bijvoorbeeld in buurthuizen. Ook helpt het om vrijwilligers of professionals uit de wijk of gemeenschap te betrekken die over voldoende digitale vaardigheden beschikken om te helpen (lees hierover meer in Uit beeld geraakt). 
  4. Betrek laaggeletterde mensen bij ontwikkeling cursussen. Als cursussen in digitale vaardigheden in samenwerking met laaggeletterde gebruikers ontwikkeld worden is de kans groter dat die cursussen aansluiten bij hun belevingswereld (o.a. culturele context, taal) en in hun behoeften voorzien. De cursussen worden zo relevanter voor laaggeletterde mensen en makkelijker toepasbaar op hun eigen situatie. Bibliotheken en buurthuizen kunnen een belangrijke verbindende rol vervullen in dit proces door een ontmoetingsplek te bieden waar ontwikkelaars van trainingen en laaggeletterde mensen kunnen samenkomen om van elkaar te leren en trainingen te co-creëren.  
  5. Train het gebruik van visuele en auditieve hulpmiddelen. Het gebruik van beeld (zoals afbeeldingen, foto’s en pictogrammen), geluid (zoals geluidsfragmenten en voorleesfuncties) of een combinatie daarvan (filmpjes) maakt digitale producten en diensten toegankelijker voor laaggeletterde mensen. Het kan er ook voor zorgen dat zij informatie beter begrijpen en onthouden. Om de voordelen van deze hulpmiddelen optimaal te benutten is het belangrijk dat mensen getraind worden in het herkennen en gebruiken ervan. Het is bijvoorbeeld belangrijk om hen bekend te maken met de betekenis van veelgebruikte online pictogrammen zodat zij makkelijk door een website of applicatie kunnen navigeren. Het is ook belangrijk om hen te leren hoe ze voorleesfuncties kunnen activeren om eenvoudig de tekst op een webpagina te beluisteren.
  6. Train veilig gebruik van spraakassistenten. Spraakassistenten zoals Google Assistent en Apple Siri kunnen van meerwaarde zijn voor laaggeletterde mensen, omdat ze op een eenvoudige manier vragen kunnen beantwoorden en opdrachten uit kunnen voeren. Bijvoorbeeld het laatste nieuws of weerbericht voorlezen of muziek afspelen. Om de voordelen van spraakassistenten te benutten is het belangrijk dat mensen getraind worden in het gebruik ervan.
    Daarbij is het belangrijk dat ook aandacht besteed wordt aan de risico’s die deze assistenten met zich meebrengen, onder andere voor de privacy van de gebruiker. Spraakassistenten kunnen bijvoorbeeld gehackt worden, waardoor er meegeluisterd kan worden naar privégesprekken. Mensen moeten zich bewust zijn van die risico’s en weten hoe ze de risico’s kunnen beperken. Denk bijvoorbeeld aan het gebruiken van sterke wachtwoorden en het verwijderen van spraakgegevens.
    Een nadeel van de inzet van spraakassistenten is dat de apparaten die nodig zijn om bepaalde spraakassistenten te gebruiken (zoals een iPhone voor Apple Siri) relatief duur zijn.

Onbeantwoorde vragen voor de toekomst

Onderzoek laat zien dat laaggeletterde mensen doorgaans minder goed ontwikkelde digitale vaardigheden hebben. Er zijn echter nog veel vragen onbeantwoord:

  • Hoe hangen de verschillende onderdelen van geletterdheid, zoals taal- en leesvaardigheid, precies samen met digitale vaardigheden?
  • Welke aanpak en methoden zijn succesvol in het stimuleren van de digitale vaardigheden van laaggeletterde mensen? Welk type lesmateriaal is geschikt voor (digitaal) laaggeletterde mensen?
  • Kan het aanleren van digitale vaardigheden ook traditionele geletterdheid verbeteren? 
  • Welke uitdagingen en kansen biedt Artificiële Intelligentie (AI) voor laaggeletterde mensen? 

De Bitefile ‘6 tips voor digitale inclusie van laaggeletterden’ is gebaseerd op deze artikelen

Laat een reactie achter

Vul je e-mailadres in om op de hoogte te blijven van reacties (je e-mailadres wordt niet gepubliceerd).

Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.