De gouden regels voor digitale content voor kinderen

donderdag 6 november 2014

Vandaag verschijnt het boek Positive Digital Content for Kids. Een prachtig vormgegeven boek waarin de bedenkers, makers en producers van de meest succesvolle kindermedia in Europa hun geheimen prijsgeven. Zo komen Cbeebies, Klokhuis, Toca Boca, Ravensburger en Paxel123 – winnaar van Best Content for Kids 2013-Award – aan het woord. Niemand minder dan Neelie Kroes schreef het voorwoord.

Remco Pijpers, hoofdredacteur van het boek, vertelt in zijn eigen woorden over de reden van dit boek, de sleutel(s) tot succes en de magie van een goede app.

Waarom dit boek?

Remco: “Ik zat twee jaar lang in het netwerk POSCON (Positive Online Content and Services for Children in Europe), geïnitieerd en gefinancierd door de Europese Commissie. Daar werkten we aan het thema positieve online content voor kinderen. Mediamakers bleken grote behoefte te hebben aan voorbeelden. Niet de coaches die vertellen hoe het moet, maar tips van de spelers uit de Champions League, stuk voor stuk kampioenen in het maken van digitale inhoud voor kinderen. Dit boek is bedoeld als inspiratiebron voor iedereen die digitaal het beste voor kinderen wil bieden. Het wordt in digitale vorm gratis aangeboden.”
Op persoonlijk vlak, legt hij uit, is dit boek een logisch vervolg op wat hij eerder heeft gedaan. De volgende stap na diverse rapporten over de usability van kinderwebsites, de Gouden Apenstaart-verkiezingen, de kindvriendelijke browser MyBee en zijn deelname aan de Adviescommissie van Kijkwijzer. “Ik ben geïnteresseerd in hoe we het aanbod voor kinderen beter kunnen maken, daar zet ik me al sinds de jaren ’90 voor in. En voor mij nog relevanter nu ik zelf kinderen heb. Ik wil vooral werk maken van betere educatieve digitale inhoud. Het onderwijs zit erom te springen.”

Hoe moeten wij – professionals op het gebied van mediawijsheid en mediamakers van Europa – dit boek gebruiken?

Remco: “Professionals op het gebied van mediawijsheid voeren vooral discussie over schermtijd, terwijl we het zouden moeten hebben over scherminhoud. Wat bieden we onze kinderen aan? Aan welke criteria moet goede content voldoen? Wat is er nog niet, maar zou wel gemaakt moeten worden? Dit boek geeft professionals handvatten in hoe je met kinderen moet communiceren over wat ze digitaal doen. Dat is namelijk wat de content-kampioenen van Europa doen: luisteren en kijken naar kinderen.”
Het is overigens bepaald geen straf om dit boek te lezen. Het briljante Dutch design van Ontwerphaven.nl geeft het internationale allure. Niet alleen de inhoud leest lekker, is interessant en boeiend, ook Suzanne Hertogs en Anne de Laat – die eerder het design van DUF Waanwijs voor hun rekening namen – verdienen een compliment.

Waarom hebben jullie dit onderwerp op Europees niveau aangepakt?

Remco: “In Europa zijn meer inspirerende voorbeelden te vinden dan in Nederland alleen. Met name in Noord-Europa wordt erg mooie content gemaakt. Minecraft en Toca Boca komen beide uit Zweden, Lego komt uit Denemarken, Ravensburger uit Duitsland en CBeebies uit Engeland. Maar we mogen ons eigen land niet vergeten.”
Er is nog een belangrijke reden om de krachten op Europees niveau te bundelen. “We willen in de toekomst meer invloed kunnen uitoefenen op het Europese beleid. Als POSCON-lid heb ik bijgedragen aan de Europese Verkiezing voor Beste Content voor Kinderen-Award, een follow up van onze eigen Gouden Apenstaart. Met het boek hoop ik hetzelfde in gang te zetten: meer creativiteit en inspirerende dynamiek in het digitale landschap voor kinderen.”

Neelie Kroes pleit in haar voorwoord voor het stimuleren van creativiteit en positief gebruik van internet. Ligt er nog steeds teveel nadruk op de negatieve aspecten van internet?

“Ja, lange tijd was de insteek om kinderen weg te houden bij schadelijke inhoud en initiatieven te ondersteunen die geweld en porno konden filteren. In het EU-beleid A better internet for kids is meer aandacht voor kwaliteit en creativiteit. Zeer terecht, in mijn ogen.”

Remco ziet een positieve verandering. “Er is al veel verbeterd en ik verwacht een enorme groei van kwaliteitscontent, met name voor het onderwijs. Eerst hebben we ons geconcentreerd op de inhoud voor televisieprogramma’s voor kinderen, nu is diezelfde Renaissance gaande op digitaal gebied. De geïnterviewden in het boek zijn daar de vaandeldragers van.”

In de introductie geeft Sonia Livingstone haar visie op positieve content. Wat is jouw definitie van positieve content?

Sonia Livingstone is een toonaangevende Britse wetenschapper en als professor Social Psychology verbonden aan de London School of Economics and Political Science. Zij vindt dat kinderen op het internet niet alleen beschermd moeten worden tegen de gevaren, maar dat ze toegang moeten hebben tot hoogwaardige content die hun ontwikkeling ten goede komt. Remco onderstreept dat: “Inhoud moet betrouwbaar zijn, gebruikersvriendelijk en aantrekkelijk. Of iets aantrekkelijk is, is natuurlijk een kwestie van smaak. Een app als Sago Mini Forest Flyer voldoet – in mijn ogen – aan alle kwaliteitscriteria én heeft nog iets extra’s. Noem het een X-factor. Vaak maakt humor het verschil. Sago is goedgemaakt, sluit aan op het ontwikkelingsniveau van kinderen en is enorm grappig. Zo’n game tilt kinderen op.”

Hoe onderscheidt positieve content zich van slechte content?

Positieve content gaat verder dan alleen het afwezig zijn van advertenties, overmatige aankopen vanuit digitale werelden en verleid worden tot in-app aankopen. Remco: “Warren Buckleitner van Children Tech Review uit de VS verwoordt dit met de term dust or magic. Hiermee bedoelt hij dat content voor kinderen óf een magische digitale ervaring kan zijn, óf als stof naar beneden kan dwarrelen, mislukt door verkeerde keuzes en uitwerking van de maker. Een goede app heeft magie in zich. Positieve content betovert.”
When it comes to learning, children just need to have fun – Anna Margrét Ólafsdóttir

In de verschillende verhalen komen bepaalde succesfactoren steeds terug, zoals fun, eenvoud, beloning. Is er één absolute succesfactor te noemen?

“Ja, ze prikkelen allemaal de nieuwsgierigheid van kinderen. En de makers zijn oprecht geïnteresseerd in wat die prikkeling teweeg brengt. Ze luisteren en kijken naar kinderen.”
In het boek Positive Digital Content for Kids staan niet alleen interviews met de makers van de beste kindermedia in Europa, zij geven ook hun geheimen prijs in handige stappenplannen en do’s en dont’s.
  • In 10 stappen naar een goed testplan (door de makers van CBeebies)
  • Crowdfunding in 8 stappen (door Linda Liukas, de auteur van Hello Ruby)
  • Do’s en Don’ts (van Toca Boca)
  • Toptips op het gebied van humor (door Jacqueline Harding, eigenaar van Tomorrow’s Child)
  • Checklist voor positieve content voor kinderen van 4-12
  • 10 tips op het gebied van privacy voor app-ontwikkelaars

Een van mijn favoriete do’s komt van Klokhuis: maak geen onderscheid tussen jongens en meisjes, weg met blauw en/of roze. Ook Toca Boca hangt dit principe aan. Wat is jouw favoriete tip uit het boek?

“Mijn favoriet zijn de tips van Jacqueline Harding over humor in apps. Kijk naar de app Toca Boca Hairsalon, de geluidjes toveren een lach op het gezicht van mijn kinderen. Ze zijn dat extra zetje. Kinderen aan het lachen maken, is een vak apart. Haar suggesties mag je niet missen.”

Welke website of app moet elk kind op de basisschool kennen? En op de middelbare school?

Remco: “My Very Hungry CaterPillar, oftewel Rupsje Nooitgenoeg. En iedere leerling én leerkracht, zowel op de middelbare als basisschool zou elk jaar naar het Medialab van Cinekid moeten gaan om de rijkdom van de nieuwe content te ervaren. Zo ziet het klaslokaal van de toekomst er uit. Zie je het voor je, met je klas in de Birdly tijdens de aardrijkskundeles?”

Over het boek Positive Digital Content for Kids

Het boek Positive Digital Content for Kids is gemaakt in samenwerking met POSCON. POSCON zet zich op Europees niveau in voor kwalitatief goede en veilige online content voor kinderen, en is onderdeel van Safer Internet Programme van de EU.
» Het boek is in beperkte oplage gedrukt

Wil jij een exemplaar winnen? – gesloten –

Een van de kerntaken van Mediawijzer.net is om samen met (netwerk-)partners de vraagstukken rond mediawijsheid te definiëren. Nu het einde van het jaar nadert – en de plannen voor 2015 worden gemaakt – vragen wij ons af welke dossiers in 2015 heel belangrijk zullen worden op onze publiekswebsite mediawijsheid.nl? En welke dossiers mis je nog?

Deel je gedachten in de reacties onder dit artikel en denk mee over de invulling van volgend jaar. Met het achterlaten van een inhoudelijke reactie maak je kans op een fysiek exemplaar van het boek Positive Digital Content for Kids.

Reacties 7

  1. donzuiderman

    Het lijkt me een prachtig boek, ik moet het nog verder goed bestuderen. Het valt me op dat de laatste jaren steeds meer de nadruk komt te liggen op het creëren van content, waarmee binnen mediawijsheid een kleine maatschappelijke verschuiving komt van mediapedagogiek naar mediaproducties. Ik zie dat als een positieve ontwikkeling en waardevolle aanvulling op alle content rondom mediapedagogiek (digitaal pesten, oversharing, internetprotocollen, etc.)

    Wat de afgelopen tijd steeds actueler lijkt te worden is het onderwerp Wetenschap & Techniek. Dat merk ik bijvoorbeeld door speciale projecten vanuit de regering voor Pabo’s, het kinderboekenweekthema volgend jaar en de voorzichtige verkenningen om leerlingen te leren programmeren in de basisschool. De combinatie van Wetenschap, Techniek & ICT vind ik zelf een heel mooi aandachtspunt voor 2015. Ik begin me in dit onderwerp te verdiepen met behulp van het boek Invent to Learn van Martinez en Stager.

  2. Jagste

    Mediawijsheid en cyberpesten blijven actueel. Kinderen worden hier eerder mee geconfronteerd, het is niet een thema dat zich beperkt tot de laatste groepen van het primair onderwijs.

    Door de komst van tablets in het onderwijs vinden programmeren en ‘games maken’ hun weg richting het onderwijs. Kinderen maken met Apps als Kodable en Cargobot al vroeg kennis met de beginselen van het programmeren.

    Wat ik erg interessant vind zijn de educatieve producten die LEGO levert om dit te ondersteunen, neem Mindstorms en Storystarter.

  3. donzuiderman

    Ik ben het helemaal met je eens! Ben je bekend met de website http://www.codekinderen.nl? Daar staat prachtig lesmateriaal, ook om zonder ICT aanvankelijk te leren programmeren, zoals de Sandwich Robot.

    Volgende week is de regionale finale van FIRST LEGO League in Utrecht. Ik heb het voorrecht om daar jurylid te mogen zijn. Kinderen gaan met hun Lego robots de strijd aan! We willen volgend jaar in ons curriculum op de Pabo hier ook mee aan de slag, zodat studenten leren hoe ze hier met kinderen aan kunnen deelnemen.

    In hoeverre zijn anderen bezig in hun onderwijs met (aanvankelijk) programmeren?

  4. wkempen81

    Ik denk dat de digitale kloof meer aandacht gaat vragen. Niet alleen wat betreft leerkrachten die de ontwikkelingen niet meer willen bijhouden en zodoende verder van de belevingswereld van hun leerlingen af komen te staan, maar ook wat betreft ouders. Met daarbij de risico’s dat kinderen hun ouders te slim af zijn, maar niet mediabewust genoeg om alle risico’s van Internet het hoofd te kunnen bieden.

    Hiernaast denk ik dat gamification een trend is die meer onder de aandacht komt. Om leerlingen en kinderen (met een korte spanningsboog) te kunnen blijven interesseren – en kunnen wedijveren met allerlei professionele games- zullen er hier meer stappen in worden gezet.

    Verder denk ik aan de opmars van wearables, ook bij kinderen en hoe scholen hiermee om zullen gaan: verbieden, tolereren onder voorwaarden?

  5. donzuiderman

    @wkempen81, de digitale kloof is een interessant fenomeen, zowel in het onderwijs als inderdaad thuis tussen ouders en kinderen. Echter, ik ben niet overtuigd dat de kloof veroorzaakt wordt door een verschil in leeftijd, maar meer persoonlijke interesse en attitude. Al in de jaren ’60 kwam Rogers met zijn innovatietheorie waarin hij verschillende groepen mensen onderscheidt en de manier waarop zij omgaan met vernieuwingen. Ik weet niet of er meer recent onderzoek is gedaan naar hetzelfde onderwerp?

    Daarnaast benoem je dat kinderen hun ouders te slim af zouden zijn. Dat impliceert dat ouders hun kinderen vooral restricties opleggen, maar uit onderzoek van Bohn Stafleu van Loghum (2010) blijkt dat dit de minst effectieve manier van mediaopvoeding is. Zie ook http://mediaopvoeding.nl/wat-is-mediaopvoeding voor meer info hierover. Meer aandacht aan een gedeelde mediaopvoeding, waarbij ouders én leerkrachten én kinderen samenwerken, lijkt me een mooi uitgangspunt (en wellicht een geschikt nieuw dossier?). Hoe kijk jij daar tegen aan vanuit jouw werk als combinatiefunctionaris?

  6. wkempen81

    @donzuiderman. Ik wilde niet impliceren dat de digitale kloof wordt veroorzaakt door een verschil in leeftijd, denk dat het inderdaad bovenal de interesse is en je houding om ‘bij de tijd’ te blijven. Hiervoor hoef je heus niet alles bij te houden, maar met bijv. mediawijzer.net bijhouden, met kinderen in gesprek blijven en af en toe eens iets uit proberen kom je al een hele eind.

    Restricties zijn inderdaad niet het antwoord, want wat verboden wordt is juist aanlokkelijker. En met smartphones en wifi overal, is dit niet vol te houden. Ik bedoelde met ‘kinderen die hun ouders te slim af zijn’ ouders die overtuigd zijn van de handigheid met ICT van hun kinderen en denken dat zij niets meer voor hen kunnen betekenen. Terwijl juist het kritisch denkvermogen en bewustzijn van de werking van media bij een volwassene als het goed is beter zijn ontwikkeld.

    Ouders en leerkrachten en kinderen die samenwerken klinkt mooi, alleen is het lastig om ouders warm te laten lopen voor informatie bijeenkomsten, merk ik zelf.

Laat een reactie achter

Vul je e-mailadres in om op de hoogte te blijven van reacties (je e-mailadres wordt niet gepubliceerd).

Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.