In deze blog wil ik, aan de hand van de vier boeken die Jaron Lanier heeft geschreven, niet alleen een overzicht van zijn werk geven, maar ook een overzicht van de digitale ontwikkelingen waarmee we allemaal te maken hebben gekregen de afgelopen tientallen jaren. Want het is hoog tijd dat we technologie een plek kunnen geven, niet alleen nu, maar juist ook in de toekomst.
Mijn eerste kennismaking met Lanier was een jaar of tien geleden, toen ik zijn boek You Are Not a Gadget las. Een citaat uit dat boek: “Wat een geautomatiseerde analyse van alle schooltesten in het land heeft gedaan met het onderwijs, is precies wat Facebook heeft gedaan met vriendschappen. In beide gevallen wordt het leven omgezet in een database. Beide degradaties zijn gebaseerd op dezelfde filosofische fout, namelijk de overtuiging dat computers het menselijk denken of menselijke relaties grondig kunnen vertegenwoordigen. Dat is iets wat computers momenteel niet kunnen.”
Voor de duidelijkheid: ze kunnen het nog steeds niet, die computers. Wat ik grappig vind is dat hiermee voor mij de cirkel rond is: Lanier, een deskundige computerwetenschapper, die op één lijn zit met veel toegewijde onderwijsprofessionals.
1. You Are Not a Gadget
Het is het eerste boek, geschreven in 2010, dat kritisch was over de manier waarop internet en de daarmee samenhangende technologie zich ontwikkelde. Voor de duidelijkheid: Lanier is geen technologiehater, hij is een pionier op het gebied van Virtual Reality en ziet met lede ogen aan dat de mens er niet op vooruit gaat met al onze, zich razendsnel ontwikkelende technologie. Hij doet voorstellen en heeft ideeën die nu, na tien jaar, heel voorzichtig (en vooral in Europa) omarmd worden.
Over techbedrijven schreef hij: “Ze maken het mogelijk dat politici alles kunnen beweren en nemen een zogenaamd neutrale positie in omdat ze geen informatie- /communicatievoorziener zouden zijn, maar een “techbedrijf”. ‘Tech’ is in dit geval een dekmantel om verantwoordelijkheid te ontduiken.”
Voor mij was dit een belangrijk boek omdat het me duidelijk maakte dat technologie niet iets hoeft te zijn dat ons overkomt, maar iets dat de samenleving vooruit kan helpen
2. Who Owns The Future?
In dit boek gaat hij verder in op de vraag hoe digitale ontwikkelingen een positieve invloed kunnen hebben op de welvaart van de individuele mens. Hij stelt onomwonden dat niet technologie het probleem is, maar hoe wij erover denken.
Een uitgangspunt voor een meer humanistische aanpak in het digitale domein is dat herkomst belangrijk is. Waardevolle informatie komt van mensen en die zouden betaald moeten worden. Een belangrijk punt in een humanistische, digitale aanpak is “naar twee kanten linken”: de ontvanger van de informatie kan daarmee zien wie de afzender is. Het is niet toevallig dat het originele idee van internet ook gebaseerd was op het zogenaamde two way linking. Als dat laatste een feit was geworden, dan hadden huiseigenaren nu geweten wie hun hypotheek had vastgesteld en muzikanten wie hun muziek had geplagieerd.
Over het begrip ‘informatie’ heeft Lanier twee dingen te melden:
- Informatie doet de werkelijkheid altijd tekort
- De gedachte was dat informatie “free” maken (in de zin van ‘kopieerbaar’), zou leiden tot een democratische, ‘open’ wereld. Lanier denkt daar heel anders over. Een wereld die op het eerste gezicht open lijkt is dat op een dieper niveau totaal niet. Een voorbeeld: je weet niet welke correlaties in de data m.b.t. jouw persoon zijn opgeslagen, geregistreerd bij Twitter, Instagram of een verzekeringsmaatschappij. En dat is juist de data die van belang is voor hoe deze instanties jou benaderen
3. Dawn of the New Everything: Encounters with Reality and Virtual Reality
Voor mediawijsheid worden media ingezet/doorgelicht en om VR-toepassingen te ontwikkelen heb je in ieder geval een VR-bril en een wiskundige/computerwetenschappelijke achtergrond nodig. Piloten en chirurgen zijn twee van de professionals die veel kunnen leren van het oefenen en trainen van hun vaardigheden in een virtuele omgeving. VR wordt natuurlijk ook veel ingezet om spelletjes te bouwen.
Lanier over VR: “Het is een van de wetenschappelijke, filosofische en technologische grensgebieden van onze tijd, een middel om verregaande illusies te creëren, bijvoorbeeld dat je op een andere plek bent, misschien een fantastische, buitenaardse omgeving, misschien met een lichaam dat ver van menselijk is. Toch is het ook het verst reikende apparaat om te onderzoeken wat een mens is, in termen van cognitie en perceptie.”
Op pg. 58 vertelt Lanier over de ontstaansgeschiedenis van de term Kunstmatige Intelligentie. (Ik heb daar eerder in deze reeks een blog over geschreven.)
VR is, volgens Lanier, ook een samenspel van de drie grootste kunsten van de 21e eeuw: cinema, programmeren en jazz. Van die drie is jazz het meest van belang vanwege de mogelijkheden tot improvisatie; de muzikanten creëren het ter plaatse. Bij improviseren gaat het om een hogere vorm van problemen oplossen, in en mét tijd.
Ook is VR het medium waarmee je je in andermans leven kan wanen.
4. Ten Arguments for Deleting Your Social Media Accounts Right Now
Deze titel overvalt de argeloze lezer misschien wel, maar Lanier spreekt met gezag. Wanneer een algoritme ervaringen aan een persoon voedt, blijkt dat de willekeur die algoritmische aanpassing vergemakkelijkt, ook menselijke verslaving kan voeden. Het algoritme probeert de perfecte parameters vast te leggen voor het manipuleren van een brein, terwijl de hersenen, om diepere betekenis te zoeken, veranderen als reactie op de experimenten van het algoritme. Het is een kat-en-muisspel gebaseerd op pure wiskunde. Omdat de prikkels van het algoritme niets betekenen, omdat ze echt willekeurig zijn, passen de hersenen zich niet aan iets echts, maar aan een fictie. Dat proces – in de ban raken van een ongrijpbare fata morgana – heet verslaving.
En meer over sociale media: “Binnen sociale media gaat het eigenlijk niet om spreken. Want context wordt toegevoegd aan wat je zegt nadat je het hebt gezegd, voor de doeleinden en het gewin van iemand anders.”
Over de omgang met technologie: “Er wordt wel gezegd dat je een partner zou moeten kiezen op basis van wie je wordt als je in de buurt van die persoon bent.” Dat is ook een goede manier om technologieën te kiezen.
Aan het eind van het boek laat Lanier weten dat hij weliswaar tegen sociale media is, maar het internet verder zeker omhelst.
Tot slot
Lanier ziet zichzelf in de eerste plaats als muzikant en kan vele instrumenten bespelen. Afgezien daarvan is hij ook een wereldberoemde computerwetenschapper en informaticus. In Nederland is Felienne Hermans al vele jaren bezig met het populariseren van het vak informatica; haar voorwerk vindt inmiddels bredere navolging, ook in het onderwijs.
Lanier noem ik een held omdat hij al vanaf zijn eerste boek heel consistent het digitale domein ziet als iets dat de mensen kansen biedt. Hij zet de mens – nadrukkelijk en volgens mij terecht – centraal. Als hij zegt dat VR “één van de wetenschappelijke, filosofische en technologische grensgebieden van onze tijd” is, dan bedoelt hij dat er net als bij kunst en andere wetenschappen (nog) geen plafond is waargenomen en de mogelijkheden dus onbeperkt zijn. Een heel goede reden om er op door te gaan.
Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.