Bij het woord verveling denken we al snel aan de onderuitgezakte puber die lusteloos vanaf de bank naar de tv of het raam staart. Maar deze vorm van ‘vrijetijds-verveling’ lijkt steeds zeldzamer. Beeldschermen bieden jongeren de mogelijkheid om het onaangename gevoel van verveling binnen enkele secondes te verdrijven. Uitgerekend scholen kunnen een belangrijke rol spelen in het terugbrengen van verveling, en daarmee ook de creatieve ontwikkeling van jongeren.
Verveling is volgens de Van Dale een “onaangenaam gevoel van leegte zodat de tijd lang lijkt”. De onderzoeker Adam Phillips is van mening dat (de perceptie van) een overdaad aan tijd een voorwaarde is om je echt te kunnen vervelen in je vrije tijd. Jongeren (10 – 19 jaar) hebben per week 47 uur aan vrije tijd (dus buiten school, werk, sport, eten en slapen). Dat is gemiddeld bijna zeven uur per dag. Voldoende tijd om je te vervelen zou je denken… Toch ervaren jongeren dit anders: vrije tijd is geen synoniem voor niksen.
Het gevoel van waardeloosheid
Volgens het Tijdsbestedingsonderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) hebben Nederlanders altijd het gevoel dat ze het druk hebben, ook wanneer het in de praktijk wel meevalt. Ook onder jongeren herkennen we dit. De combinatie van online en offline mogelijkheden biedt altijd en overal iets te doen én creëert vaak het gevoel van een voortdurende (sociale) verplichting. Een momentje niks doen ervaren jongeren daarom snel als waardeloos, als verspilde tijd: “Er moet en kan nog zoveel gedaan worden! Huiswerk, ander werk, maar ook die nieuwe serie kijken waar iedereen het over heeft… whatever. Ik kan mijn tijd nu niet lopen verdoen.” Verveling is voor hen vooral een harde confrontatie met het feit dat ze niets doen en geeft een gevoel van waardeloosheid.
Die confrontatie willen jongeren vaak uit de weg gaan of zo snel mogelijk verdrijven. Engels onderzoek, uitgevoerd door het onderzoeksbureau Platypus, laat zien dat het constante aanbod van nieuwe series en filmpjes op Netflix en YouTube-kanalen voor veel jongeren de meest voor de hand liggende manier is om verveling te verjagen. Deze onuitputtelijke entertainmentkanalen bieden altijd en overal voldoende prikkels of impulsen om het onaangename gevoel snel te verdrijven, met als gevolg dat jongeren in hun vrije tijd – zoals ze zelf aangeven – inderdaad niet vaak ‘diepe’ verveling ervaren. Terwijl ze alsnog hun tijd niet al te nuttig besteden…
Vluchten in gefaciliteerde verveling
Haaks op het wegdrukken van verveling zien we tegelijkertijd ook een andere behoefte: tijdens momenten van (daadwerkelijke) drukte kijken sommige jongeren ernaar uit om niks te doen. Dan lijkt ‘verveling’ voor hen opeens een moment van ultieme ontspanning. In een soort antireactie op voortdurende drukte zeggen sommige jongeren juist te verlangen naar een gevoel van verveling, naar de luxe van nutteloosheid. Ook voor hen biedt internet een uitkomst: zij zeggen daar te vluchten in ‘gefaciliteerde verveling’. Ze sluiten zich bijvoorbeeld af van de wereld om eindeloos te scrollen op sites als StumbleUpon of ze tekenen uit het niets, zonder doel urenlang een Doodle.
Hier schuurt echter iets, want kunnen we deze activiteiten wel als ‘verveling’ kenmerken? Het zijn weinig prikkelende bezigheden, maar het zijn nog steeds ‘bezigheden’ die jongeren afleiden van hun daadwerkelijke gevoel (van verveling óf van drukte). Jongeren die zeggen te verlangen naar verveling, zoeken vooral naar ademruimte binnen hun volle agenda’s. Dit vinden ze in afgebakende afleidingsvrije activiteiten die gericht zijn op tijdverdrijf. Hoewel ze zich naar eigen zeggen willen ‘vervelen’, zoeken ze dus niet echt naar het onaangename, confronterende gevoel van verveling.
De noodzaak van de verveelde mindset
De psycholoog John Eastwood is kritisch over het vluchtgedrag dat jongeren (en veel volwassenen) vertonen. Hij zegt dat we passieve ontvangers zijn geworden van stimulansen. Wanneer we ons vervelen (en dus zelfs wanneer we op zoek gaan naar verveling) vluchten we steeds meer in onze beeldschermen (tv, tablet, smartphones). Maar: “Verveling is net drijfzand, hoe meer we ons er tegen verzetten, hoe sneller we er in zinken”. Directe verdrijving van verveling beperkt namelijk de constructieve kracht van het vervelen.
In een verveelde mindset zijn mensen sterker in staat tot associatief denken. Hoofdzakelijk omdat iemand die zich verveelt extra open staat voor nieuwe ervaringen en impulsen. Verveling zet aan tot creativiteit, want onbewust wil je jezelf bezighouden. Op het moment dat we een gevoel van verveling ervaren gaat ons brein op zoek naar manieren om dit lusteloze gevoel te doden. Juist op deze momenten worden nieuwe ideeën geboren. Daarnaast geeft verveling je de tijd om de wereld opnieuw te ontdekken. In de alledaagse drukte sta je niet stil bij de kleine dingen die in de wereld gebeuren. Maar wanneer de verveling toeslaat sta je plotseling gefascineerd te staren naar een spin die een web spint. Opeens is dat verveelde gevoel omgevormd tot een moment waarop je iets nieuws ontdekt.
Juich de lusteloos uit het raam starende leerling toe
Het huidige online en offline entertainmentaanbod biedt jongeren de mogelijkheid om het onaangename gevoel van verveling binnen enkele secondes te verdrijven. Prettig, maar op de lange termijn is het effect van dit laagdrempelige escapisme mogelijk minder positief. Wanneer jongeren het gevoel van verveling niet langer toelaten, komen zij niet op het constructieve punt waarbij hun creativiteit in gang wordt gezet. Gechargeerd kunnen we stellen dat de voortdurende (digitale) afleiding het creatieve potentieel van jongeren kan inperken.
Maar…. hier bewijst school, vanuit een enigszins onverwachte hoek, haar enorme waarde. Onderwijs vindt in Nederland plaats binnen een relatief afleidingsvrije omgeving en is volgens diverse onderzoeken ook de bron van de meest intense en minst prettige vormen van verveling. Hoewel verveling uiteraard niet het hoofddoel is van onderwijs, waarborgt dit in een wereld vol afleiding wel het stimuleren van creativiteit bij de volgende generatie. Moeten we als docent de lusteloos uit het raam starende leerling ondertussen met andere ogen bekijken? En moeten we als ouder opgelucht ademhalen wanneer ons kind vraagt “Mam, Wat zal ik doen? Ik verveel me.”?
Bronnen:
- Phillips, A. (1993). On kissing, tickling, and being bored: Psychoanalytic essays on the unexamined life. Cambridge, MA: Harvard University Press.
- SCP, Met het oog op de tijd, 2013
- http://www.marketingonline.nl/achtergrond/youtube-wordt-door-jongeren-gebruikt-om-lege-momenten-te-vullen
- http://mens-en-samenleving.infonu.nl/psychologie/151568-verveling-is-het-goed-of-slecht.html#3
- Gasper, K. & Middlewood, B.L. (2014) Approaching novel thoughts: Understanding why elation and boredom promote associative thought more than distress and relaxation. Journal of Experimental Social Psychology. 52
- http://www.nrc.nl/nieuws/2013/11/25/nieuwe-vijfde-soort-verveling-is-de-akeligste-1320633-a235917
Dit artikel verscheen eerder op Youngworks.nl, onder de titel ‘#Bored af: een vlucht in beeldschermen’.
Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.