Als jurylid van de Media Ukkie Award jureerde ik apps voor 0 t/m 6 jarigen op speelse kwaliteiten vanuit pedagogisch perspectief. Apps geven nieuwe combinaties van speelse mogelijkheden. Ze zijn niet per definitie goed of slecht. Ik kwam door de jurering tot een paar aanbevelingen voor goede apps.
Een tablet is een medium, zoals televisie een medium is. Hoe lang je daar naar kijkt is een andere discussie dan waar je naar kijkt. De duur van spelen is op zich geen maatstaf voor goed bezig. Tablets boeien door licht, beweging, geluid, actie en reactie. Dit geeft mogelijkheden èn gevaar van gemak, met weinig inventiviteit bewegen- samen spelen en oppervlakkige verwerking van kennis. Spelen met een tablet mag spelen zonder tablet niet vervangen. De nieuwe mogelijkheden kunnen inspireren tot meer en anders. Spelen met een tablet is een andere vraag dan welke app goed of minder goed zou zijn. Het aanbod van apps is met televisieprogramma’s en speelgoed te vergelijken. Ik bekeek de apps dus op speelse waarden.
Apps als brand merchandising
Apps zijn relatief nieuw voor jonge kinderen en hun ouders. Apps met een bekend figuur verlagen de drempel om ermee kennis te maken. Je ziet bij apps hetzelfde gebeuren als jaren geleden bij speelgoed. Bekende figuren – toen Pipo de Clown, nu figuren als Dikkie Dik, Woezel en Pip, Jip en Janneke en Roodkapje – moeten de apps verkopen. Ik zag verschillende apps waar kinderidolen niets tot weinig toevoegen. Soms is een programma als een sjabloon waarvoor alleen het plaatje per app wisselt en niet de mogelijkheden.
Apps kunnen een toegevoegde waarde krijgen wanneer bij gebruik van een voor kinderen geliefd figuurtje, deze een bij zijn karakter passende rol krijgt in de speelse mogelijkheden en niet alleen op de achtergrond staat of in het verbindende menu.
Apps en verleidingen
De ‘Teenage Mutant Ninja Turtles’ waren twintig jaar geleden vernieuwend voor speelgoed. Voor de eerste keer werden verschillende karakters – Leonardo, Raphael, Michelangelo en Donatello – los verkocht. De bijbehorende, gratis aangeleverde, serie maakte duidelijk dat je alle poppetjes nodig had. Op dezelfde manier koppelen gratis tot goedkope apps, hun speelse mogelijkheden aan een abonnement of extra mogelijkheden die wel wat kosten. Op een button drukken, waarmee zelfs een kind een aankoop kan faciliteren, is nog makkelijker dan naar de winkel moeten om alle Pokomonkaartjes te verzamelen.
Een beveiliging of een duidelijk boodschap aan ouders zou naar mijn mening verplicht moeten zijn. Ouders sluipend via een gratis versie in een abonnement lokken, mag niet vind ik.
Apps als oude wijn in nieuwe vaten
Veel nieuwe apps zijn digitale luisterboeken. Het is bij veel apps alleen een prentenboek op tablet en niets meer. Een stem leest het verhaaltje voor bij een digitaal plaatje, hetzelfde als in het boek maar goedkoper, makkelijk in de kinderhand, lichtgevend in een kinderkamer voor het slapen gaan en een kind kan zelf het licht uit doen. Er is geen ouder meer nodig. Jammer. Een app moet volgens mij veel meer kunnen dan alleen het zijn van een digitaal voorleesboek.
Soorten apps
In apps voor 0-6 jarigen vond ik drie soorten:
- De luisterboeken zonder (veel) extra mogelijkheden.
- De verhalen met toegevoegde waarde, zoals animaties, audiomogelijkheden, 3D, laten bewegen, combinatie van verhaal en spelletjes (vooral zoeken- selecteren-sorteren).
- De spelletjes zonder verhaal. In de laatste categorie is de educatie vaak nadrukkelijk aanwezig, soms compleet met toetsen en kindvolgsystemen.
Meer speelwaarde aan de hand van 6 tips
Een app kan veel. Zij krijgen bijvoorbeeld toegevoegde speelwaarde door:
1. tekst opties. Het geluid uit kunnen zetten, zelf (laten) voorlezen of – nog beter – vertellen, is tot mijn verbazing niet altijd mogelijk. Ik ontdekte apps waarbij de gebruiker de snelheid van de te lezen tekst kan instellen of zelf lezen wordt gestimuleerd door een voor een oplichtende woorden.
2. aanvullende informatie voor ouders en kinderen om meer te doen met het verhaal. In het blad Educare vul ik een rubriek die moet aanzetten om meer met een boek te doen dan voorlezen en bespreken. Hierbij ga ik uit van de waarde van voorlezen zonder onderbreking. Of zoals Sieneke Goorhuis Brouwer het noemt “de volledige litteraire beleving van het verhaal”. Kinderen gaan mee op het ritme van de tekst, de sfeer van het verhaal. Ze hoeven niet alle details te begrijpen. Vragen stel je hooguit achteraf. Een goed verhaal verdient het om mee te spelen. Zorgen voor passende verkleedattributen of een bezoek aan een echte kinderboerderij helpen daarbij. Deze benadering gaat in tegen wat veel begeleiders leren in hun training voor vroeg en voorschoolse educatie. Zij leren vragen stellen over plaatjes, onderbreken het verhaal door te vragen wat een kind begrepen heeft. Storend, vind ik dat.
3. speelse mogelijkheden. Je kunt meer met een tablet dan alleen plaatjes kijken en teksten lezen. Apps kunnen bijvoorbeeld; een niet lineair verhaal bieden. ‘Roodkapje, een sprookje in 3D’ laat Roodkapje tot drie keer toe kiezen welke kant ze op wil wandelen waardoor minstens zes verschillende verhaallijnen te volgen zijn.
4. goed, zuiver, geluid. Goede stemmen en goed Nederlands. De stemmen in apps zijn soms tenenkrommend. Verschillende figuurtjes verdienen verschillende stemmen die niet met elkaar te verwarren zijn, prettig om naar te luisteren en uitgesproken zijn in goed Nederlands. Sommige apps hebben wel erg vaak herhaalde en daardoor irritant wordende muziekjes. Bij nieuwe apps wordt spelen met geluid mogelijk. Blazen doet bomen bewegen, bijvoorbeeld.
5. mooie vormgeving. Smaken verschillen, maar de voorwaarden voor illustraties passend bij verschillende leeftijden niet. Bij peuters past een heldere vormgeving met weinig details en herkenning uit dagelijks leven. Voor kleuters is dat veel details, nuances, verschillende kleuren en fantasievol. Dit lijkt al snel bekend. Het is verrassend hoe verhalenvertellers en illustratoren toch steeds weer iets nieuws creëren rond een knuffel, eten, verdriet in simpele lijnen, met veel wit, de essentie pakkend. Te vaak, vind ik, hebben apps felle kleuren in te veel nuances, te volle illustraties met te veel details voor en storend licht-beweging en geluid. Ik heb overigens tijdens de jurering ook hier, net als in prentenboeken, nieuwe mogelijkheden voor jongenspeuters gemist. Geen brandweerauto’s, geen feiten en veel aangeklede konijnen.
6. milde waardering voor kleine prestaties. De waardering voor ieder goed uitgevoerde actie is mij vaak veel te enthousiast. ‘Goed zo! Geweldig! Fantastisch!’ devalueert het vertrouwen in kinderen, vind ik. Voor de speelduur van een app zijn ‘levels’ aandacht verlengend. Sommige spellen bieden weinig variatie, anderen weer onoverzichtelijk veel. Door herhalen worden kinderen vaardig en daarmee kun je iets moeilijkers aan. Het is dan wel handig als te zien is hoe vaak je iets goed gedaan moet hebben voor je in een volgende versie komt. Hetzelfde geldt voor terug kunnen keren naar het hoofdmenu als je halverwege wilt stoppen en kunt terugvinden waar je gebleven was.
Kortom: apps zijn net speelgoed, maar dan anders. Ik raad ouders aan om vooraf te lezen wat een app biedt. Ontwerpers wens ik inspiratie toe om apps te maken die kinderen laten spelen, bewegen met hun hele lijf, fantaseren en met iets nieuws kennis te laten maken (auto’s herkennen, beroepen, enz.). Zodat kinderen andere spelletjes kunnen doen dan alleen hetgeen uit te voeren wat de app voorzegt.
Reacties 3
Dag Marianne!
Al 30 jaar ben ik illustrator van kinderboeken en ik heb veel zien veranderen in die wereld. In 2013 heb ik zelf een voorlees/verhalensite in elkaar geknutseld om mijn eigen (en liefst ook die van anderen) prentenboeken via simpele GIF-animaties online tot leven te wekken. Mijn site wil dolgraag het lezen bevorderen, dus is gratis.
http://www.booxalive.nl
Ik ben hier vrijwillig full time mee bezig naast een uitkering, omdat ik door chronische pijnen mijn illustratorbedrijfje moest beëindigen. Als classica/letterkundige gaat taal mij zeer aan het hart. en mijn tekentalent wilde ik niet aan de wilgen hangen.
Nu spreek je van het oprukken van apps. Ik vraag mij af of een site vol digitale prentenboeken kan opwegen tegen een app met steeds één prentenboek. Ook sommige interactiviteit van apps lijkt me ondermijnend voor een goed doordacht verhaal. (Zie mijn insteek hierover: http://booxalive.nl/over-boox-alive/).
Helaas zijn mijn digitechnische mogelijkheden redelijk beperkt, omdat ik in m’n uppie (helaas!) sommige wielen zelf moest uitvinden. Het zou fijn zijn als een uitgever achter mij kon komen staan, of andere deskundigen die leesbevordering hoog in het vaandel hebben (zie mijn oproep: http://booxalive.nl/co-create-booxalive/)
.Zou jij, als expert, mij nog tips, do’s en don’ts kunnen/willen geven op dit vlak?
Vriendelijke groet,
Magda van Tilburg
Beste Magda, allereerst dank voor de reactie. Een expert wil ik mij niet noemen. Van IT weet ik zoveel minder dan van speelwaarde. Jouw opmerking over interactiviteit waardoor een verhaal wordt onderbroken, deel ik. Tenzij het goed gebeurt. Bijvoorbeeld; wacht….luister…wat hoor je daar…of waar zit iets verstopt? of een andere vraag/opdracht verwerkt in het verhaal. Beetje zoals Jan Klaasen hoort te vragen of de poppenkastkijkertjes Katrijn hebben gezien. Een goed verhaal heeft ritme in tekst (D.Bruna rijmt niet voor niets zijn Nijntje verhaaltjes aan elkaar). De vergelijking met muziek gaat op. Ook tekst moet lekker in het gehoor liggen, herhaling houdt vast, net als verschillen in (in)tonatie. natuurlijk geldt dit voor gesproken tekst in Apps, digitale voorleesboeken, maar zeker ook bij voorleesteksten. Tekst gaat meer leven met geluidseffecten…de wind waait, de regen valt en de trommel slaat….en stiltes…wat gebeurt daar?…. of variaties in geluidsterkte. Van al deze (en er zijn er meer) kenmerken voor een goed vertelt verhaal hoor (en zie) ik in apps nog veel te weinig terug. Heb je hier iets aan?
Dag Marianne, hartelijk dank voor deze prima tips!
Deze page ga ik bookmarken, met zóveel waardevolle info die ik kan gebruiken bij het maken van mijn filmpjes. De kracht van geluidseffecten heb ik al ’n beetje uitgeprobeerd. Als classica zie ik dat Homerus het al goed had begrepen: de kracht van herhaling en rijm. Die blijven dus altijd van essentieel belang.
Dankbare groetjes,
Magda
Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.