Hét mediawijsheid-event voor het netwerk, de Mediawijsheid Kennisdag, zit erop. Het was een dag vol kennis en wijsheid, uitdagingen én oplossingen. Nieuwe en oudgediende professionals uit het netwerk konden elkaar ontmoeten en in deelsessies met uiteenlopende onderwerpen aan de slag. Zo dachten en praatten we met z’n allen over de grote mediawijze kwesties van vandaag. Geniet na of laat je (opnieuw) inspireren met het verslag van deze mooie dag.
In de tot de nok toe gevulde Theaterzaal 1 van Mediamuseum Beeld & Geluid, al jaren het vaste honk van Netwerk Mediawijsheid, geven troubadour Reinier Demeijer en zijn gitaar het startsein voor de dag. Dagvoorzitters Floortje Jansen en Geert van der Veen delen een voorproefje van wat het publiek te wachten staat en benadrukken: vandaag staat in het teken van verbinden.
Koers voor de toekomst
Dan krijgt Mary Berkhout-Nio, directeur van Netwerk Mediawijsheid, het woord. Vlotjes licht ze de nieuwe koersplaat toe, dat is gemaakt bij het nieuwe meerjarenplan dat dit jaar start. De rijke illustratie staat symbool voor de steeds drukkere mediasamenleving – ‘daarom is het een drukke plaat’, lacht Berkhout-Nio – en de vaardigheden die je nodig hebt om te functioneren op de ‘ijsbaan’ van het medialandschap.
Aan de hand van de koersplaat plot ze de koers van het netwerk voor de komende vijf jaar. Leidend daarbij is de vraag: hoe kan het (nog) beter? “Door meer focus aan te brengen”, zegt Mary, via de vier maatschappelijke opgaven waarop het programmateam het netwerk wil verbinden en versterken:
- Blij dat ik glij – Hoe zorgen we ervoor dat mensen grip houden op en profijt hebben van hun mediagebruik?
- In balans – Hoe vind en behoud je (digitale) balans? Dit thema zal de komende drie jaar het thema vormen van de Week van de Mediawijsheid
- Fijn online – Hoe gaan we respectvol met elkaar om online? Denk hierbij aan het thema van de Week van de Mediawijsheid van vorig jaar: #hierniet
- ‘Wak-wijs’ – Hoe maak je mensen weerbaar tegen online risico’s zoals mis- en desinformatie?
Wil jij als netwerkpartner bijdragen aan deze onderwerpen? Neem contact op met het infopunt en meld je aan voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.
Verslaafd aan ons eigen gelijk
Filosoof, auteur en spreker Lammert Kamphuis neemt het podium. Hij gaat de zaal ‘leniger maken in ons hoofd’, zo luidt zijn prikkelende opener. Kamphuis vertelt dat hij zelf in een sterk gereformeerde gemeente opgroeide. Daar was de wereld zwart-wit: je had mensen van de kerk en mensen van de wereld. En leidend waren de woorden van Jezus uit Matteüs 12:30: ‘Als je niet met me bent, ben je tegen me’.
Pas toen hij filosofie ging studeren begon Kamphuis naar eigen zeggen met het ‘stellen van vragen, in plaats van antwoorden uit mijn hoofd te leren’. Na de kerk te hebben verlaten hoopte Kamphuis in een samenleving te komen met meer grijstinten. Toch is die wereld steeds meer op de zwart-witwereld van de kerk gaan lijken.
Nuance verloren
In een fragment uit een documentaire van Omroep HUMAN over de stikstofcrisis vertelt een boer dat zijn genuanceerde verhaal geen weerklank vond in de media. “Daar zet men toch vooral graag twee uitersten tegenover elkaar.” Dit past in een bredere ontwikkeling: we raken steeds verder gepolariseerd. Inmiddels denkt 73% van de Nederlanders dat meningsverschillen over maatschappelijke kwesties steeds groter worden, aldus Kamphuis.
Hij onderscheidt twee vormen van polarisatie:
- Inhoudelijke polarisatie: standpunten komen steeds verder uit elkaar te liggen. Onderzoek wijst echter uit dat dit niet algemeen te stellen valt. Op bijvoorbeeld immigratie liggen standpunten wel verder uit elkaar, maar op gebied van kernenergie juist dichter bij elkaar.
- Affectieve polarisatie: hoe voelen we ons over mensen aan de andere kant van het politieke spectrum? Deze vorm van polarisatie neemt wel toe. In de jaren ‘70 was het ook slecht, maar nu gaan we ‘snel richting de VS’.
De laatste bevinding roept de vraag op: waarom krijgen we een steeds grotere hekel aan andersdenkenden? Kamphuis ziet dat we online steeds meer in filterbubbels terechtkomen en noemt dit ‘verhulde verzuiling’. Het verschil met verzuiling is echter: in die tijd was het logischer dat mensen bij een andere zuil een andere mening hadden. Het levert, zo zal even later blijken, een interessante paradox op. Ook offline gaan we steeds meer uitsluitend om met mensen die zijn zoals wij. Dit gaat ten koste van ons contact met andersdenkenden.
Zodra we eenmaal iets vinden, zien we vooral nog datgene wat dit denkbeeld bevestigt. Zo vertrouwen we nieuws alleen als het aansluit bij ons wereldbeeld, vinden we dat ‘onze’ kandidaat in een politiek debat het altijd beter doet en denkt iedere generatie dat zij de laatste waren met goede muziek. Met andere woorden: we ‘roesten vast in ons eigen gelijk’. En op onderwerpen die ons aangaan is de kans het grootst dat we blinde vlekken ontwikkelen.
Anders leren zien
Hoe dat komt? Kort gezegd nemen we niet objectief waar: we zijn continu aan het proberen te begrijpen, betekenis te geven. We maken constant, bewust en onbewust verhalen. Je hoofd vult enorm veel in, in een poging de wereld te begrijpen.
Aan de ene kant weten we best dat we vastzitten in onze eigen bubbel en eenzijdige informatie tot ons nemen, aan de andere kant krijgen we een steeds grotere hekel aan andersdenkenden. Terwijl we eigenlijk wel weten dat zij ook in hun bubbel zitten.
Filosoferen, stelt Kamphuis, is een van de manieren om leniger met die paradox om te gaan en je eigen tunnelvisie te verbreden. Hij sluit af met woorden om je perspectivistische lenigheid te trainen: onderzoek en betwijfel jezelf. Doe dat bijvoorbeeld door het volgende gedachtenexperiment: whatever you think, think the opposite. Het doel is om te achterhalen of er eenzijdigheden in je opvattingen zitten. Zijn er dingen die je zelf niet meer ziet?
Stel jezelf in een conflict of meningsverschil ook altijd de vraag: “Wat als ik niet 100% gelijk heb?”, geeft Kamphuis de zaal nog mee. Conflicten zijn namelijk vaak een botsing van waarden – de uitdaging is om op zoek te gaan naar de waarden die je deelt.
“Het lijkt er weleens op dat de wereld bestaat uit monsters en engelen. Maar dat is de taal van religie. We hebben gewoon met mensen te maken – waarbij de grens tussen goed en kwaad in je eigen hart loopt.”
Samen voor Jongeren Amsterdam
Dan volgt het panelgesprek van de organisatie Samen voor Jongeren Amsterdam. Sprekers Adil Zioui en Laya Leysner gaan in gesprek onder leiding van moderator Desta Deekman. Samen voor Jongeren Amsterdam is een samenwerkingsverband tussen Combiwel, DOCK, Dynamo, perMens, Venzo&Swazoom Welzijn, The Mall de Baarsjes, Stichting IMD, Elance Academy en Versa Welzijn. Ze delen met het publiek hoe je zo’n samenwerking met veel partners in goede banen leidt. Belangrijk hierbij is een gedeeld doel.
“Het zijn roerige tijden”, zegt Leysner. Polarisatie in de samenleving en problematiek voor jongeren neemt toe en wordt complexer; criminaliteit verjongt en verhardt. In 2019 kwam de gemeente Amsterdam met een raadsbrief en een programma ter versteviging van jongerenwerk. Het doel was om het netwerk rondom jongeren te verstevigen. Het is een stedelijke opgave, waar meerdere partijen samenkomen. Centraal stond de netwerkgedachte.
Deekman vraagt hoe verschillende partijen kunnen samenkomen om tot een gezamenlijke conclusie te komen. Zioui: “Veel partijen willen zichzelf als winnaar zien.” In hun samenwerking was er echter een breed gedragen behoefte om samen te werken en van elkaars ervaringen te profiteren, die enige competitiviteit oversteeg. Deekman benadrukt instemmend het belang van het “parkeren van je ego”. Het gaat hier immers om het belang van jongeren. Kijk per organisatie wie waar goed in is en verdeel de taken aan de hand van deze analyse. Leysner vult aan: “Kijk niet alleen waar je zelf goed in bent – maar ook wat je minder goed kan.”
Op de vraag welke succesverhalen ze willen delen, pakt Leysner de microfoon: dat hun organisaties elkaar hebben weten te vinden. Ook wordt aandacht geschonken aan het convenant dat ze opgezet hebben samen met Digital Rights House, de gemeente Amsterdam en een scholengroep: Digitaal Bewustzijn Online Leefwereld, voor alle Amsterdammers met een focus op jongeren.
Zioui deelt nog een laatste succesverhaal: “Dat we hier vandaag voor jullie ons verhaal mogen vertellen.”
Middagprogramma: netwerklunch, speeddaten en deelsessies
In de lunchpauze kunnen bezoekers op de markt in gesprek met netwerkpartners Bureau Jeugd & Media, Chatlicense, Critical Mass, Hardverzachters, de Mediajungle, het Practoraat Mediawijsheid en het Openluchtmuseum. Aan de andere kant van het Atrium kon men één op één in gesprek met experts uit het netwerk op het speeddate-terras.
Na de netwerklunch is het tijd om, verdeeld over vijf deelsessies, nieuwe kennis op te doen en zelf aan de slag te gaan.
Sessie 1 – AI-wijsheid
De deelsessie van de KB, nationale bibliotheek en de Nederlandse AI-Coalitie, gaat over het al dan niet toepassen van AI binnen een organisatie, en welke afwegingen hierbij leidend kunnen zijn. Kolja Verhage (NL AIC) geeft een introductie op de ethische aspecten van dit vraagstuk. Hij stelt de vraag: “Hoe voorkom je slechte inzet van AI?”.
In een aantal voorbeelden schetst hij hoe binnen dit werkveld technische problemen ontstaan met morele implicaties – denk aan het algoritme van Google dat mensen van kleur en gorilla’s niet uit elkaar kon houden. De oplossing van Google was om de zoekterm ‘gorilla’ dan maar te schrappen, zolang het algoritme nog niet foutloos functioneert. Een technische oplossing voor een technisch probleem volstaat hier dus niet. Wat ontbreekt zijn waarden die meetellen vanaf het begin van het ontwerpproces. Wanneer dat niet gebeurt, is het risico dat je vast blijft zitten in een cyclus van technische problemen en dito oplossingen.
Marjolein Oomes en Erik Boekesteijn (KB) gaan in op hun eigen ervaringen met AI. Binnen de KB wordt veelvuldig gebruikgemaakt van verschillende soorten algoritmen, bijvoorbeeld voor het catalogiseren en inhoudelijk zoekbaar maken van cultureel erfgoed. Verder is de bibliotheek ook een belangrijke plek voor het bijbrengen van (digitale) basisvaardigheden en ondersteuning op gebied van digitaal burgerschap. AI-wijsheid is een nieuw en daarmee onderontwikkeld aspect hiervan; Oomes tipt de AI-inspiratiegids van de KB en de AI-Parade van NL AIC.
Uit het interactieve workshop-deel komen de waarden voort die de deelnemers het belangrijkst achten bij het ontwikkelen en toepassen van AI en die je als organisatie mee kunt nemen in beslissingen – vanaf het begin:
- Autonomie
- Menselijke waarde
- Privacy
- Vertrouwen
- Zelfredzaamheid
- Integriteit
- Liefde
Sessie 2 – Digitale kinderrechten
In de deelsessie van UNICEF, Digital Child Rights en de Gemeente Baarn staan kinderrechten in het digitale tijdperk centraal. Peter Joziasse (Digital Child Rights) en Johan Kruip (UNICEF) nemen de zaal mee in het onderwerp. Leidend is de publicatie van UNICEF, vol wetenschappelijke essays: ‘Kinderrechten in de digitale wereld’.
Centraal is deze situatieschets: de online leefomgeving zit nog in de ‘pubertijd’ en is daarmee nog helemaal niet geschikt voor kinderen. De verantwoordelijkheid voor het gebruik ligt veel te veel bij ouders en kinderen zelf, in plaats van bij de platformhouders.
Maryem Lhajoui en Sarah ter Maat van Digital Child Rights delen dat onder ROC-leerlingen in Amsterdam en Hilversum (16-21 jaar), meer dan de helft zich onvoldoende beschermd en veilig voelt online. Risico’s omvatten online pesten, sexting, discriminatie, misinformatie, verslaving en meer. Een overgrote meerderheid (89%) geeft echter ook aan daar niet meer bij geholpen te willen worden. De vraag is dan ook: hoe ondersteun en bereiken we jongeren?
- Start een open gesprek over deze onderwerpen, in plaats van te dicteren wat ze wel of /niet moeten doen
- Wees als ouder/opvoeder niet bang dat je “het niet weet” en laat dit je er niet van weerhouden het gesprek te openen
- Begin zo vroeg (jong) mogelijk
- Ga het gesprek aan op alle plekken waar jongeren zijn – ook online
- Er zijn ouders die niet betrokken zijn bij de opvoeding, “dus moeten we de kinderen zelf helpen, niet per se inzetten op ouders.”
Kruip: “We moeten er holistisch naar blijven kijken, ook naar weerbaarheid an sich. En we moeten blijven opletten ook dat we mentale gezondheid niet alleen koppelen aan de online wereld.”
Sessie 3 – Kritisch denken & mediawijsheid
Harriët Leget & Daan van Riet (Kennisnet) en Jelle van der Ster (SETUP) geven de sessie over kritisch denken en mediawijsheid. Hoe raakt het kritisch beschouwen van digitale technologie, op basis van publieke waarden, aan het onderwijs? Leget en Van Riet zetten aan het begin van de deelsessie hun visie op het onderwijs uiteen. Daarin vormen kunst, onderwijs en vorming de basis. Ook worden belangrijke vragen opgeworpen:
- Hoe bepaal je als onderwijs welke onderwerpen je gaat onderwijzen?
- Welke verantwoordelijkheid voor maatschappelijke vraagstukken mogen we beleggen in het onderwijs?
Ook delen ze drie ‘richtingen’ die je qua pedagogiek in kunt slaan:
- Instrumentele pedagogiek: directief vormen
- ‘Anti’-pedagogiek: niet vormen (laat het kind zichzelf vormen)
- Kritische pedagogiek: kritisch, niet directief vormen (‘wanneer is iets waar?’)
Dan laat Van der Ster de zaal kennismaken met het project In therapie met sociale media van SETUP. In een interactieve werkvorm gaat men zelf zo’n therapiesessie aan. Deelnemers vertegenwoordigen de gebruiker, relatietherapeut en het platform zelf. Het levert grappige en fanatieke gesprekken op. Uit de terugkoppeling valt op:
- Dit kan ook een mooie oefening in het onderwijs zijn, om jongeren op een andere manier over hun socialemediagebruik na te laten denken
- Je moet als gebruiker veel van de platformen weten. Dat geldt ook voor andere mediawijsheidonderwerpen
- Kunstonderwijs is een effectieve manier om kritische vaardigheden bij te brengen en te oefenen
Sessie 4 – Digitale balans
Anouk Tuijnman (Trimbos-instituut) duikt in deze sessie in het Digitale Balansmodel. Centraal in de (door)ontwikkeling van het model staan de vragen:
- Wat is gezonde schermtijd?
- Hoe ga je met gezonde schermtijd om?
Er zijn veel zorgen over kinderen die al heel jong achter schermen zitten en niet meer offline met elkaar in contact komen. Anouk: “We kunnen er niet meer omheen dat we hier iets mee moeten. Maar media zijn niet alleen maar slecht. Ze kunnen ook bepaalde dingen stimuleren, zoals ontspanning en sociaal contact.” Van media komen we niet meer af, dus “leg de focus op gezond gebruik.”
Er wordt momenteel gewerkt aan een nieuwe versie van het Digitale Balansmodel, waarin onderwerpen aan bod komen die recentelijk veel onderzocht worden. Denk hierbij aan factoren als angst, spel, cognitie, slaap, zelfbeeld, eenzaamheid en meer.
Men wordt uitgedaagd om in kleine groepjes na te denken over andere initiatieven die raken aan digitale balans. Op welke verschillende doelgroepen richten deze initiatieven zich , en waar liggen wellicht nog kansen? Daar komen de volgende initiatieven en organisaties uit:
- Digitalebalans.nl
- Wijzer in digitale balans
- HoeZoMediawijs.nl – Ben jij digitaal in balans?
- Gameninfo.nl
- Expertisecentrum Digitalisering en Welzijn
Sessie 5 – Nieuwswijsheid & desinformatie
Deze sessie heeft een ambitieus doel: red de democratische samenleving! Mimi van Dun (DichterBijNieuws/Netwerk Mediawijsheid) en Yves Eijck (Beeld & Geluid) delen kennis en tips vanuit hun projecten en gaan in gesprek met de zaal over hoe zij aan de slag kunnen met nieuwswijsheid.
Nieuwswijsheid betekent, kort samengevat: de kritische vaardigheden die je nodig hebt om nieuws te gebruiken, begrijpen en beoordelen. Dat geldt ook voor nieuws dat je niet via traditionele nieuwsbronnen krijgt. Waarom is nieuwswijsheid nog meer belangrijk? Deelnemers delen hun kijk hierop:
- De krant en wat je leest bepaalt je blik op de wereld
- Nieuwswijsheid gaat om je plek in de maatschappij bepalen
- Mensen moeten weten hoe journalistiek werkt, zodat men ook begrijpt welke waarde het aan de maatschappij levert. Het verruimt je blik op de wereld.
Het project DichterBijNieuws werkt daarom samen met partners aan bevorderen van persveiligheid en persvrijheid. Uit onderzoek kwamen de belangrijkste beweegredenen daartoe naar voren:
- Het kennisgehalte over de werkzaamheden en praktijk van de journalistiek, en bijvoorbeeld filterbubbels, is laag – hier was veel winst te halen
- Transparantie is ook heel belangrijk; nieuwsmakers moeten niet doen “alsof ze objectief zijn, maar transparant zijn over eigen beweegredenen”
- Het dichter bij elkaar brengen van journalist en burger
- Er is behoefte aan meer onderzoek
Van Dun vertelt over de initiatieven van DichterBijNieuws en nieuw onderzoek naar hoe burgers aankijken tegen de journalistiek. Daaruit blijkt onder andere dat de groep ‘nieuwswantrouwers’ 15% van de Nederlanders beslaat. Dit zijn mensen die zichzelf als kritische burger zien, maar die wel openstaan voor gesprekken met journalisten.
Leraren durven bepaalde onderwerpen niet meer te bespreken in de klas, de workshops van Beeld & Geluid helpen hen hierbij. Hij deelt highlights uit workshops Fake News, Medialogica, Dialoog in tijden van desinformatie. Learnings uit de sessie:
- Leraren kiezen vaak voor een discussie, maar een dialoog is eigenlijk een betere vorm. Het gaat in een dialoog immers niet om je gelijk halen, maar om het uitwisselen van informatie
- Pas op met wantrouwen vergroten door alleen voor desinformatie te waarschuwen, maar zet juist in op meer vertrouwen
- Discussies waarin jouw feit tegenover mijn feit gezet wordt werken niet. Het gaat niet om elkaar overtuigen. Probeer jezelf in plaats daarvan eens in de schoenen van de bezorgde burgers te plaatsen. Ga op zoek naar gedeelde, achterliggende waarden. En geef meer ruimte voor het grijze midden.
Gesprekstips tegen polarisatie vind je op isdatechtzo.nl.
Dagafsluiting: samen vooruit
Na de deelsessies breekt het laatste plenaire deel van de dag aan. Voorzitter van de stuurgroep van Netwerk Mediawijsheid, Eppo van Nispen tot Sevenaer, blikt terug op de dag met een kleurrijke Powerpointpresentatie. Hij is onder meer verheugd dat (het belang van) mediawijsheid steeds verder doordringt op de ministeries.
Vervolgens gaat Jeroen Jansz, voorzitter van de Wetenschappelijke Raad, in gesprek met filosoof Cees Zweistra over het essay dat Zweistra in aanloop naar de Kennisdag schreef. Hij is een techniekfilosoof, maar wat betekent dat eigenlijk? Zweistra legt uit dat hij zich bezighoudt met het effect van technologie op mensen.
Volgens Zweistra kunnen media ons helpen met empathie en sociale relaties. Maar hier geldt: het moet geen vervanging zijn, maar een versterking of toevoeging. Hij vult aan dat het in de praktijk betekent dat je een bepaalde mate voorzichtigheid nodig hebt. “Het vergt moed om een stap terug te doen en niet gelijk met alle nieuwe hypes mee te gaan.”
Zweistra vervolgt: “In het begin dachten we dat we samen met sociale media, in een gelijkwaardige verhouding, mooie dingen konden gaan maken. Die verhouding is verschoven. De makers [van de platformen] moeten meegenomen worden en voorbij de naïeve opvatting komen dat hun product neutraal is.” Hij noemt de makers hier de zwakke schakel – “Sorry, TikTok” – omdat ze de verantwoordelijkheid voor het gebruik bij de gebruiker leggen. Hier is volgens Zweistra wel “wat ontwikkeling mogelijk – ik zeg het heel voorzichtig.” Jansz vraagt wie hier druk kan uitoefenen. “Het netwerk – wij – , politiek, burgers. Ik denk dat technologie ook over politiek gaat. Wat voor soort samenleving bouwen we met elkaar? De politiek ziet dit aspect van technologie nog te weinig. We zijn met ideeënpolitiek bezig terwijl technologie de samenleving al lang vormgeeft.”
Tot slot is het aan Reinier Demeijer om de Mediawijsheid Kennisdag 2024 af te sluiten met een dagbeschouwing in liedvorm. Daar hoort een – met z’n allen gezongen – refrein bij:
Het voelt zo goed
Wat ons netwerk doet
Ik ben zo blij
Voor de maatschappij
Want ‘t is online
Niet altijd fine
Het is maar goed wij hier zijn
Bekijk hier alle foto’s van de Mediawijsheid Kennisdag 2024
Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.