Where is the life we have lost in living?
Where is the wisdom we have lost in knowledge?
Where is the knowledge we have lost in information?
1T.S. Elliot, Choruses from the rock, 1934
Van data via informatie naar kennis en wellicht wijsheid. Kennis is als het recept dat informatie in brood kan veranderen, terwijl data de atomen zijn waaruit meel en gist bestaan.2 Wijsheid3 is in staat zijn om een verstandige conclusie te trekken uit de voorradige kennis. Is het koud, dan trek je een trui aan. Waart er een virus rond, dan was je vaak je handen en houd je anderhalve meter afstand van elkaar.
Wat betreft leven: in Nederland verliezen we in de meeste gevallen kwaliteit van leven in deze periode; elders in de wereld gaat het er heel anders aan toe.
Ik zie een overeenkomst tussen de huidige pandemie en klimaatverandering, namelijk dat het gaat om een mondiale dreiging, die ook mondiaal op wetenschappelijk verantwoorde wijze bestreden zou moeten worden. In Nederland hebben we het geluk dat de wetenschap gehoord en vrijwel overal ook gerespecteerd wordt. Daarvoor is vertrouwen in kennis nodig.
In dit artikel wil ik eerst wat meer uitgebreid een weg afleggen van data naar wijs- en/of waarheid, en daarbij ingaan op nog missende onderdelen in mediawijsheid en digitale geletterdheid. Juist die onderdelen zijn namelijk van belang in een tijd van digitale grootscheepse ontwikkelingen die grote maatschappelijke veranderingen veroorzaken én onvoorziene mogelijkheden bieden. Tot slot kom ik met een voorbeeld van grootschalige digitale samenwerking.
Van data….
Voor de duidelijkheid: data, dat zijn we zélf; vrijwel alles wat we doen en laten is opgeslagen in data. Volgens Yuval Harari is de vraag wie eigenaar is van onze data misschien wel de belangrijkste politieke kwestie van deze tijd.4 Maxim Februari – scherp als altijd – zegt het zo in het NRC van 13 april 2020: “Het gaat bij de roep om dataprotectie niet om een flierefluiterig en luxe recht op wat individueel Lebensraum – ‘privacy’- maar om een evenwicht tussen economie en rechtsstaat. We gaan toch niet de regels afschaffen, omdat we nu data hebben? We gaan toch niet de rechtsstaat opheffen omdat we ziek zijn?”
Hier een meer uitgebreide reflectie van De Waag.5
…..naar informatie
“We weten veel meer dan vroeger, over de wereld – maar juist die niet echt behapbare hoeveelheid informatie zorgt gemakkelijk voor een implosie in je hoofd. Waardoor je terugvalt op gemakkelijk te verteren interpretaties van gebeurtenissen; op je persoonlijke beleving.”6
Wat betreft “die niet echt behapbare hoeveelheid informatie”: ook jongeren in de onderbouw van de middelbare school krijgen die voor hun kiezen. Geef die kinderen relevante informatie voor projecten en wacht tot de bovenbouw met het aanleren van informatievaardigheden. Om zelfstandig te kunnen zoeken heb je eerst een – liefst brede – laag kennis nodig.7
“Informatie” in grote delen van de wereld
“Een digitaal netwerk is ook een omgeving waarin bots, trollen en cyborgs een simulatie van een klimaat creëren van meningen, haat of ondersteuning dat verraderlijker, meer omvattend is dan wat vroeger bereikt kon worden met ‘oude’ media. En in dat klimaat gaan mensen hun gedrag aanpassen aan wat zij denken dat algemeen geaccepteerd is.
Het is niet zo dat één online account iemand van mening doet veranderen; het is eerder zo dat genoemde media allemaal bij elkaar een vervangende normaliteit creëren. De angst voor isolement motiveert mensen om zich aan te passen aan wat zij denken dat het nieuwe normaal is.”8
Er zijn veel studies geweest die vastleggen hoe mensen zich aanpassen aan wat zij denken dat normaal of gewenst is. Bijvoorbeeld deze en deze.9 10
Het is mooi dat het onderwijs informatievaardigheden geeft die zouden moeten resulteren in een kritische houding bij de leerlingen. Maar als we de situatie in een groot aantal landen bekijken, moeten we vaststellen dat de vrijheid van meningsuiting er, vooral sinds de coronacrisis is losgebarsten, enorm beperkt is en dat het vrije zoeken naar informatie daar ook op de tocht staat.11
…..naar kennis
In Nederland hebben we het geluk dat onze minister-president bij de bestrijding van de pandemie onvoorwaardelijk de kant van de wetenschap heeft gekozen. Dat is mooi en een groot goed en een wijze les als het gaat om het kritisch kijken naar media. Maar virologen, de wetenschappers die het verschijnsel pandemie bestuderen, zijn het onderling in veel gevallen oneens over de vraag wat de beste aanpak is. Eigenlijk gaat het in een samenleving om vertrouwen, en de bescheidenheid dat niet wij, maar wetenschappers, beschikken over de kennis die nu van levensbelang is. Er is sprake van een gezonde cohesie als een samenleving dat vertrouwen kan opbrengen. En als mensen ondertussen wat kritischer uit deze crisis komen, dan is dat een winstpunt.
…naar wijs- en/of waarheid?
Laten we even stilstaan bij het begrip mediawijsheid, dat in 2005 in het leven werd geroepen door de Raad voor Cultuur. Het staat voor: ‘het geheel van kennis, vaardigheden en mentaliteit waarmee burgers zich bewust, kritisch en actief kunnen bewegen in een complexe, veranderlijke en fundamenteel gemedialiseerde wereld’.
De media veranderden in die tijd, vijftien jaar geleden, heel snel van karakter door grootschalige technologische ontwikkelingen. Eerst, in de negentiger jaren, waren er internet en e-mail en daarna kwamen de sociale media; de motor achter deze ontwikkelingen was technologisch van aard.
Vandaar dat ik ervoor pleit (en dat al eerder deed) dat onder mediawijsheid ook zo iets verstaan wordt als technologiewijsheid. Onder technologiewijsheid versta ik in dit geval de kennis van en over digitale ontwikkelingen: macro-ontwikkelingen die onze samenleving totaal aan het veranderen zijn en tegelijkertijd ongehoorde mogelijkheden bieden.
Digitale geletterdheid…
…heeft de volgende componenten: ict-basisvaardigheden, computational thinking, informatievaardigheden en mediawijsheid. In mijn vorige blogartikel12: van de serie De Netwerkmaatschappij doe ik een voorstel voor tweemaal een periode van intensieve lessen en cursussen – te geven door docenten en ondersteunend personeel van een school – over deze onderwerpen.
Een component die nog niet bij digitale geletterdheid hoort, maar die ik wel belangrijk vind is die van context: Waar komen die ontwikkelingen vandaan? Hoe ontstond internet? Hoe vormt de informatievoorziening door de eeuwen heen een samenleving?
De beantwoording van die vragen zou kunnen bijdragen aan het besef dat die digitale ontwikkelingen niet iets zijn wat ons overkomt. Ze zijn door mensen in gang gezet en het is van het grootste belang dat we ze niet alleen in de hand blijven houden maar ook dat ze ons welzijn vergroten, want die potentie hebben ze.
Instellingen als Bits of Freedom , het Rathenau Instituut , Netwerk Mediawijsheid en Kennisnet hebben permanent goede actuele informatie over de verschillende aspecten van digitale geletterdheid.
Where is the life?
Het citaat van Elliot bovenaan dit artikel begint met de verzuchting: where is the life we lost in living?
Ik citeer Karin Spaink in een recente column13: “De druk neemt toe. Het moet af. Nog een paar uurtjes extra doorwerken, dan krijg je het vast voor elkaar. Uitpuffen komt later wel. Toch maar op zondag aan de slag. Weer geen tijd om te ontspannen. Verdorie, zo laat al? Kom zeg, gewoon doorpakken, nog even de schouders eronder. Op het nippertje. Klaar, toch weer gelukt!”
Vrije tijd, momenten waarop even niets hoeft, die zijn er steeds minder. In Nederland is het over het algemeen niet het leven, maar wel de kwaliteit van leven die erbij ingeschoten is.
The life! Een wetenschappelijke kijk op het leven werd in januari van het vorig jaar aangedragen, middels drie tv-colleges, door Robbert Dijkgraaf14. Een visie op de toekomst gaf hij er ook bij: “Als we volledig inzetten op onderwijs en wetenschap en de studie van technologie15, dan kunnen we wonderen verrichten die de wereld nu meer dan ooit nodig heeft.
En van dat laatste was er op 16 april 2020 opeens een prachtig voorbeeld. Als groepen mensen digitaal en grootschalig samenwerken aan een onderzoek, is het resultaat niet alleen dat hun computers bij elkaar een enorme rekenkracht kunnen realiseren, ook wordt het onderzoek zelf versneld. Bij het kaart in brengen van het heelal vindt dat soort onderzoek plaats en nu is er ook dat soort onderzoek, georganiseerd door Folding at home naar de oorzaak van de besmetting door het coronavirus.
Concreet: het begint door dergelijk onderzoek duidelijk te worden hoe de uitsteeksels van een virus zich kunnen openen en zo een menselijke cel kunnen binnendringen en vergiftigen.16
De wonderen zijn de wereld niet uit en ze worden verricht door grote groepen – al dan niet digitaal – samenwerkende mensen. Maar dan moeten we wel regelen dat de jonge generatie de juiste kennis en vaardigheden kan opdoen.
Alle bronnen die ik voor dit artikel raadpleegde, vind je hier op een rij.
Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.