Inclusieve media vormen een afspiegeling van de diverse samenleving. Dat betekent dat alle bevolkingsgroepen op een gelijkwaardige manier betrokken, aangesproken en gerepresenteerd worden, zowel in nieuwsmedia, in entertainment-media (series, films, televisieprogramma’s) en sociale media. Een inclusief medialandschap is niet alleen realistischer, maar ook rechtvaardiger. Het draagt bij aan eerlijke beeldvorming over iedereen die deelneemt aan onze maatschappij. Hoe ziet (een gebrek aan) diversiteit en inclusie in de media er precies uit? Welke gevolgen heeft (een gebrek aan) diversiteit en inclusie in de media? Hoe kan mediawijsheid bijdragen aan het inclusiever maken van het medialandschap? Welke competenties zijn daarbij van belang? Bitescience zocht het uit.
De onderzoeken die gedaan zijn naar de effecten van diversiteit en inclusie in de media en de rol van mediawijsheid daarbij richten zich op kinderen (vanaf 5 jaar), tieners en (jong)volwassenen.
Diversiteit en inclusie in de media
Inclusieve media houden rekening met een eerlijke balans in zowel zichtbare diversiteit (bijvoorbeeld gender, huidskleur, ras, en leeftijd), en niet-zichtbare diversiteit (bijvoorbeeld seksuele geaardheid, religie, opleiding en overtuigingen). Het meeste onderzoek richt zich op de volgende aspecten van diversiteit, die bijdragen aan inclusieve (of juist uitsluitende) media:
Frequentie: Hoe vaak komen bepaalde mensen voor in media-uitingen? Komen alle verschillende groepen mensen aan bod? Wanneer een media-uiting slechts spreekt – in taal of beelden – over een bepaalde groep mensen, is er sprake van eentonigheid en een gebrek aan diversiteit.
Representatie: Op welke manier worden mensen afgebeeld? Is het beeld neutraal en gespiegeld aan de objectieve werkelijkheid, of wordt er gebruikgemaakt van stereotypering? Stereotypen zijn breed gedragen aannames over het gedrag, de eigenschappen en de rollen van mensen. Stereotypering herken je aan een versimpeling van karaktertrekken en eigenschappen, waarbij bepaalde algemeen ’erkende’ eigenschappen worden uitvergroot of overdreven.
Transformatie: Wordt het beeld geschetst dat bepaalde menselijke eigenschappen (bijv. rimpels, een grote neus) maatschappelijk ongewenst zijn en vervangen moeten worden door een ‘betere eigenschap’ (bijv. door plastische chirurgie)? Dit kan de indruk wekken dat je bepaalde eigenschappen nodig hebt om mee te doen in de maatschappij, wat gezien kan worden als een vorm van uitsluiting, oftewel een gebrek aan inclusie.
Onderzoek laat zien dat gebrek aan inclusie en diversiteit in de media invloed kan hebben op het beeld dat mensen hebben van anderen. Het kan bestaande vooroordelen of negatieve denkbeelden over bepaalde minderheden en gestereotypeerde sociale groepen versterken. Ook kan het hokjes- en wij/zij-denken versterken. Gebrek aan inclusie en diversiteit in de media kan ook invloed hebben op het beeld dat mensen hebben van zichzelf. Onderzoek toont aan dat dit negatieve psychologische gevolgen kan hebben voor gestereotypeerde en ondervertegenwoordigde groepen, waaronder een lager gevoel van eigenwaarde, zelfvertrouwen en groepsidentiteit.
Het belang van mediawijsheid
Een belangrijk aspect van mediawijsheid is het kritisch kunnen kijken naar media-uitingen. Deze vaardigheid is belangrijk om de mate van diversiteit en inclusie in mediaberichten te herkennen en beoordelen. Onderzoek laat zien dat verschillende competenties van belang zijn om op een mediawijze manier met (gebrek aan) diversiteit en inclusie in mediaberichten om te gaan:
Doorgronden:
Word je bewust van welke mensen in de media-uiting voorkomen en de manier waarop zij gerepresenteerd worden.
Bedenk waarom deze mensen op deze manier worden getoond. Sluit het beeld aan bij maatschappelijke discussies over bepaalde ondervertegenwoordigde groepen zoals vrouwen, etnische minderheden, lichamelijk of verstandelijk beperkten, of LHBTQs?
Bedenk wie de media-uiting (bijvoorbeeld een nieuwsbericht, programma, of sociale media-post) gemaakt heeft en met welk doel (bijvoorbeeld informeren, overtuigen van een bepaald standpunt).
Reflecteren:
Doe aan zelfreflectie: evalueer hoe de media-uiting jouw beeld van een bepaalde groep mensen (of van jezelf) beïnvloedt.
Reflecteer ook op jouw media-dieet: met welke mediabeelden omring jij je? Zijn die beelden eenzijdig en stereotyperend of juist divers? Hoe beïnvloedt dat jouw zelfbeeld en wereldbeeld? Bedenk dat jij zelf een inclusief media-dieet kunt samenstellen door actief te zoeken naar media-uitingen die een positieve afspiegeling vormen van de diverse samenleving. Door jezelf (of je kind) actief te omringen met diverse mediabeelden kun je hokjes- en wij/zij-denken tegengaan.
Discussiëren:
Praat met anderen over de beelden die je ziet. Zijn ze stereotyperend en eentonig of juist divers en inclusief? Leg uit hoe jij deze beelden ervaart en waarom, en vraag hoe zij dat ervaren. Op deze manier motiveer je jezelf (en anderen) om met een kritische, analytische en evaluerende blik naar media-uitingen te kijken.
Veel mensen hebben vooroordelen over anderen waarvan ze zich nauwelijks bewust zijn, maar die wel van invloed kunnen zijn op hun gedrag richting die anderen. Zulke onbewuste vooroordelen kunnen automatisch geactiveerd worden door stereotyperende media-uitingen. Onderzoek laat zien dat mensen die werden aangespoord zo’n media-uiting te doorgronden en er kritisch op te reflecteren hun onbewuste vooroordelen minder sterk activeren. Dit suggereert dat het helpt om met een bewuste, mediawijze blik naar media-uitingen te kijken. Zo worden automatische stereotyperende gedachten en reacties tegengegaan.
Inclusieve mediamakers
Om diversiteit in de media te bevorderen, is het belangrijk dat mediamakers ook naar zichzelf kijken. De mediawijze competentie die hier van belang is, is het zelf kunnen creëren van media-uitingen en daarbij bewust en kritisch te reflecteren op de effecten en gevolgen daarvan. Welk effect heeft het openbaar maken van die uiting op jezelf en anderen? Deze competentie is nodig om bewust inclusievere keuzes te maken. Dat geldt niet alleen voor de professionele mediamakers, zoals televisie- en filmproducenten, journalisten en reclamemakers, maar ook voor de niet-professionele mediamakers. Oftewel de makers van user-generated content op een website, sociaal platform of ander medium.
Het zelf kunnen maken van media-uitingen is ook van groot belang voor ondervertegenwoordigde groepen. Onderzoek onder jonge migranten laat bijvoorbeeld zien dat deze competentie hen de mogelijkheid biedt hun verhaal te vertellen en voor zichzelf op te komen. Het zelf maken van media-uitingen biedt hun de vrijheid zelf te kiezen hoe ze zichzelf online willen presenteren. Dat kan het gevoel van maatschappelijke betrokkenheid, keuzevrijheid en empowerment versterken, wat belangrijk is voor zelfontplooiing, identiteit en erbij horen.
Onderzoek toont aan dat media-uitingen waarin counterstereotypes (representaties die haaks staan op een algemeen stereotype) getoond worden, bijdragen aan betere relaties tussen verschillende sociale groepen en de stereotype denkbeelden en vooroordelen van meederheidsgroepen kunnen verminderen. Meer diverse en inclusievere media-uitingen kunnen bijdragen aan een grotere sociale tolerantie en meer begrip voor minderheden. De mate waarin dit positieve effect optreedt, wordt alleen wel bepaald door de manier waarop die minderheden gerepresenteerd worden. Is dat neutraal en een weerspiegeling van de werkelijkheid, of juist stereotyperend? Het vaker tonen van minderheden in de media kan in het laatste geval ook een schaduwkant hebben: het kan haat oproepen bij bepaalde (conservatieve) groepen.
Reclamemakers lijken zich ook steeds bewuster te worden van het belang van diversiteit en inclusie in hun campagnes, zie bijvoorbeeld de ‘Echte Schoonheid’-campagne van Dove. Onderzoek naar inclusieve reclamecampagnes laat zien dat mensen doorgaans positief reageren als ze zichzelf herkennen in deze campagnes en een tolerante houding ten opzichte van minderheden hebben. Het is onduidelijk of inclusieve reclamecampagnes ook kunnen bijdragen aan grotere sociale tolerantie ten opzichte van minderheden.
Toekomst
Bestaand onderzoek naar mediawijsheid en inclusieve media richt zich vooral op de mediagebruiker. Specifiek op de mediawijsheid-competenties die mediagebruikers nodig hebben om met (gebrek aan) diversiteit en inclusie in media-uitingen om te gaan. Er is veel minder onderzoek gedaan naar mediamakers. De volgende vragen zijn bijvoorbeeld nog onvoldoende beantwoord:
Hoe kun je professionele en niet-professionele mediamakers ‘empoweren’ om inclusieve media-uitingen te maken? Welke mediawijze competenties zijn daarvoor nodig? Hoe kan media-educatie daar een rol bij spelen?
Sociale media kunnen minderheden en gestereotypeerde groepen een platform bieden en stem geven (denk bijvoorbeeld aan de Black Lives Matter-beweging). Hoe kunnen ondervertegenwoordigde mensen ‘empowered’ worden om die kans te grijpen? Kan media-educatie daarbij helpen?
Onderzoek laat zien dat algemene one-size-fits-all media-educatieprogramma’s voorbijgaan aan de behoeften en ervaringen van bepaalde sociale groepen, zoals vluchtelingen en licht verstandelijk beperkten. Het lijkt belangrijk om flexibele media-educatieprogramma’s aan te bieden. Waarbij ruimte is om het lesaanbod af te stemmen op de competenties die deze specifieke groepen nodig hebben om media bewust in te zetten om hun verhaal te vertellen en zichzelf te presenteren. Er is meer onderzoek nodig naar de manier waarop zulke flexibele ‘op maat’ programma’s het beste ontwikkeld kunnen worden.
De Bitefile mediawijsheid en diversiteit is gebaseerd op deze artikelen
Tijdens het themajaar All inclusive kun je als netwerkpartner aan de slag met (digitale) inclusie. Verdiep je en ontdek wat jij kunt doen in het inspiratiedossier. Hoe kunnen (sociale) media bijdragen aan een meer inclusieve samenleving? Ontdek de pagina Inclusieve media. De MNX op 20 april 2021 vormt de feestelijke afsluiting van het themajaar, met een inspirerend online programma, mis het niet en meld je aan.
Meer over All inclusive:
» Verslag wintersessie All inclusive
» Ontdek het programma van de MNX21
» Een gezond én lekker mediadieet?
Reacties worden eerst goedgekeurd door de redactie.